Baan én mantelzorg vaak nauwelijks te doen, te hoge tijdsdruk

Ongeveer 400.000 werkenden in Nederland geven intensief hulp aan hun zieke naaste. Gemiddeld werken zij 31 uur per week en helpen zij ook nog eens 21 uur.

Meer dan acht uur

Toch geeft ruim 70 procent van alle werkende mantelzorgers aan dat een baan en mantelzorg goed te combineren zijn, concludeert het Sociaal en Cultureel Planbureau in een onderzoek. Maar als er meer dan acht uur mantelzorg per week verricht moet worden, wordt de tijdsdruk al snel te zwaar Het onderzoek is gebaseerd op een enquête onder ruim 3800 werkenden.

Twee miljoen

Bijna twee miljoen mensen combineren hun baan met het geven van mantelzorg. Een op de drie werkende vrouwen en een op de vijf werkende mannen geven zorg aan een ziek of beperkt familielid. Ongeveer 400.000 werkenden in Nederland geven intensief hulp. Gemiddeld werken zij 31 uur per week en helpen zij ook nog eens 21 uur. Vooral deze mensen worstelen met de werkdruk. Zo’n 20 procent van hen is ontevreden over het eigen leven en bijna 40 procent ervaart een hoge tijdsdruk.

Mantelzorgklem

Bij ruim de helft van de mensen die dergelijke intensieve mantelzorg verlenen, is er niemand anders beschikbaar. Ze hebben het gevoel dat ze moeten helpen. Het onderzoek noemt dit de ‘mantelzorgklem’. Als de samenleving wil inzetten op informele hulp, moeten werk en mantelzorg op een verantwoorde wijze worden gecombineerd, stellen de onderzoekers. Vooral de baas en werksituatie van de mantelzorger spelen een belangrijk rol.

Begrip

“Werkgevers kunnen helpen om de tijdsdruk te verminderen,” schrijven de onderzoekers. “Er zou op de werkvloer meer aandacht moeten zijn voor zorgverplichtingen van werknemers. Naast flexibele werktijden staat begrip van leidinggevenden en collega’s bovenaan het wensenlijstje van werknemers met een mantelzorgtaak.” Het aantal ouderen neemt sterk toe en mensen met een beperking wonen minder vaak in een instelling, dus de komende jaren zal de behoefte aan mantelzorg enorm toenemen, waarschuwt het onderzoek.

Bron: RTL Nieuws 13 februari 2019